Goorbach 2006

Goorbach: een gekaapte tocht met een staartje

Gepland voor 12 maart, maar toen was het wel wat aan de koude kant en ging die niet door. De tocht over de Goorbach (net over de grens bij Overdinkel/Enschede) bleek er een te zijn niet we niet licht zullen vergeten. Omdat die heel mooi was, niet zo kort als ze ons hadden doen geloven, en de bikkel in ons los heeft gemaakt.

Een korte tocht, door de toercommissie uitgezocht, die kunnen we wel in een middag varen. Er was in de week voorafgaande aan zondag 19 maart niet zoveel regen gevallen, dus stond het water in Boven Rur en Boven Slinge niet hoog. Daarmee is het wild watervaren op die rivieren iets lastiger. Enfin dan nemen we de tochtsuggestie van de TC over en gaan de Goorbach varen. Op internet hadden we gezien dat deze beek niet echt breed is en dus namen we de WW boten mee. Toch nog wel fris , dus allemaal een wetsuite aan en fietshandschoentjes of echte WW handschoenen. Muts of helm op, sokken onder de kanoschoentjes, reddingsvest en een thermosfles warm water en instant soep en een paar koeken mee. Bart Kers en Tobias van Capelleveen waren onze jonge helden, terwijl Berend Kers, Henk Groeneveld, Leo de Jong, Yvonne Both en Eric van Capelleveen het vaardersveld compleet maakten. We ontmoeten Leo en Yvonne bij het eindpunt nabij de Dreil?nderSee net boven Gronau. Samen rijden we via enige omwegen in ??n auto met de kano-aanhanger naar het vertrekpunt bij de A31 zo?s 12 km zuidelijker. In een fraai bos slingert de smalle Goorbach. Tussen statige beuken bereiden we ons voor op een tocht van twee uur en schuiven ??n voor ??n het water in. De zon laat ons helaas in de steek maar het is droog en we zijn in die pakken lekker warm.

Na een paar slingers en het viaduct onder de A31 is het raak. Hier liggen boven over de beek. Enfin, nu er al weer uit is te veel gevraagd en we manoeuvreren er onder en over heen, terwijl we de grootste dwarsliggers opzij trekken. De beek slingert als een dolle. Als je twee collega vaarders kan zien ben je blij. Maar om de vijf a tien meter draait die weg naar links of rechts. Het is echt een avonturentocht op deze manier. Het landschap verandert ook voortdurend. We varen tussen de bomen, dan tussen weilanden met singels en even later diep in het bos. We kijken op de kaart om te zien waar we ongeveer zijn, maar kunnen er geen touw aan vast knopen. Als je niet oplet duwt de stroming je opzij en lig je letterlijk dwars in de beek met de voor- en achtersteven in de oevers. Waar de beek verbreed wordt het schuren over de stenen in de bodem. In de slingers moet je behendig sturen om in de stroom en in het diepere deel van de beek te blijven. Let je niet op of kies je de verkeerde kant schuif je op de zandbanken aan de binnenzijde van de meanderende stroom. Ook nemen we in de lingo stand meerdere bomen met klimop die over de beek heen liggen. We duwen soms onze kano?s echt dieper het water in om te kunnen passeren. Ik vraag me af hoe we dit met het hoge water van vorige week hadden moeten doen.

Na die bomen over de beek bij het begin, volgen er meer en niet ??n maar velen. De sneeuwval van november heeft ook hier goed huisgehouden en er is nog nauwelijks iets weggehaald. Na een uur of twee varen vragen we ons af hoever we eigenlijk zijn. We eten en drinken wat, en laten wat bloed in onze tenen stromen die bij sommigen van ons wat koud geworden waren van het lange stilzitten. Enfin hier wachten kan ook niet dus even doorbijten. Dan zien we na drie uur varen (het was toch maar 12 km?) een stroom erbij komen en de beek wordt breder en bevat meer water. Even rekenen leert ons dat we pas halverwege zijn. Hoe laat is het eigenlijk? OK, het is al half zes. Dat wordt dan krap om voor het donker bij het eindpunt te zijn. Gelukkig kunnen we dan op het rechte stuk wat doorvaren. We komen bij een opgestuwd gedeelte en ja hoor we horen al een waterval/stroomversnelling. Maar waar is die dan we zien alleen een heleboel over de beek liggende bomen. Natuurlijk daar zou ik hem ook verstoppen. De waterval ligt daar precies onder en het wordt manoeuvreren om ?n door de bomen ?n door de waterval heen te komen. Dat lukt ons allemaal zonder kleerscheuren. Nog wat verder weer enkele stroomversnellingen. We zijn nu toch bijna op het eindpunt hopen we, want we worden stijf in de benen en het begint al te duisteren. Gelukkig doemt plots een viaduct op en ja hoor dat is de goede plek. We hijsen ons uit de kano?s en trekken de boten op de kant. Snel naar de auto van Leo en Yvonne, want daar liggen droge kleren in en dan kunnen we de andere auto ophalen. Wat minder leuk is, is dat de zijruit van de Saab ingeslagen blijkt. De Tom-Tom bleek te aantrekkelijk voor iemand die het verschil tussen mijn en dijn blijkbaar niet tussen de oren heeft. Uitermate vervelend en trouwens ook koud, want buiten vriest het inmiddels weer. Een badlaken tussen de deur houdt de warmte binnen, maar het uitzicht is minder. Wanneer komen er transparante badlakens op de markt?

We worden weer snel warm en pikken Leo, Henk en Berend ook op die op de boten hebben gepast terwijl wij de andere auto op haalden. Voldaan , maar met een katergevoel over het tijdstip en de diefstal rijden we via de plaatselijke Mc Donalds terug naar Lochem. Deze beek moeten we zeker nog eens gaan varen. Maar dan in twee stukken. de bovenloop en benedenloop zijn apart te varen. De benedenloop is bij hoogwater ook zeker interessant vanwege de stroomversnellingen net na de provinciale weg. Hoe het ook zij het was een fantastische maar monstertocht deze Goorbach.